Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
3.Geschil in hoger beroep
4.Beoordeling van het geschil
Het komt derhalve aan op de vraag of het pand, althans het woongedeelte ten tijde van de verkrijging van het pand keuzevermogen vormde dan wel verplicht tot het privévermogen diende te worden gerekend, zo stelt de inspecteur. Aangezien sprake was van een juridisch niet-gesplitst pand, kon belanghebbende het woongedeelte en het bedrijfsgedeelte uitsluitend in één transactie (tezamen) aankopen. Daardoor is volgens de inspecteur sprake van een zogenoemde koppelaankoop als bedoeld in de arresten HR 29 juni 2012, BNB 2012/243 en 244. Volgens de inspecteur was het motief van de aankoop van het pand als geheel in de eerste plaats gelegen in de ondernemingssfeer, omdat in het bedrijfsgedeelte van het pand de mede voor rekening van belanghebbende uitgeoefende onderneming was gevestigd. De inspecteur verwijst voorts naar de inbrengakte van de door belanghebbende en zijn echtgenote sinds eind 1997 gedreven VOF. In die akte is bepaald dat elk van de vennoten hun onverdeelde aandeel in de eigendom van het pand inbrengen. Als het pand zou zijn aangekocht ter belegging, zou het niet zijn ingebracht in de onderneming, aldus de inspecteur. De inspecteur komt tot de conclusie dat belanghebbende destijds de grenzen der redelijkheid niet heeft overschreden ook het woongedeelte als ondernemingsvermogen te etiketteren. Hierbij is tevens van belang dat het woongedeelte ten tijde van de verkrijging van het pand niet werd gebruikt voor zelfbewoning door belanghebbende, zodat de in de arresten BNB 2012/243 en 244 vermelde uitzondering (verplicht privévermogen) niet aan de orde is. Aangezien de aldus gemaakte keuze inmiddels onherroepelijke gevolgen heeft gehad (2008 is het oudste nog openstaande jaar) en voor het woongedeelte geen beroep is gedaan op de mogelijkheid tot keuzeherziening op 1 januari 2001, is het belanghebbende niet toegestaan in het onderhavige jaar de gemaakte keuze met een beroep op de foutenleer te herzien, aldus nog steeds de inspecteur.