ECLI:NL:GHAMS:2015:5636
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis kantonrechter inzake verkoop nepdrugs en aanwezigheidsrecht verdachte
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 17 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, dat op 17 juli 2015 was gewezen. De verdachte, geboren in 1990, was niet in persoon gedagvaard voor de zitting in eerste aanleg, terwijl hij op dat moment gedetineerd was. Het hof heeft vastgesteld dat de kantonrechter verstek heeft verleend zonder te verifiëren of de verdachte op de hoogte was van de zitting en of hij afstand had gedaan van zijn recht om aanwezig te zijn. Dit heeft geleid tot een onterecht opgelegde vrijheidsbenemende straf van vier weken hechtenis.
Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de verdachte en zijn raadsvrouw in overweging genomen. De raadsvrouw heeft betoogd dat de verdachte recht heeft op een behandeling in twee instanties en heeft verzocht om terugwijzing van de zaak naar de kantonrechter. Het hof heeft geoordeeld dat de controle op detentie relatief eenvoudig is en dat justitie de verantwoordelijkheid heeft om het aanwezigheidsrecht van de verdachte te waarborgen. Gezien de omstandigheden van de zaak, waaronder het belang van een eerlijke procesvoering, heeft het hof besloten de zaak terug te wijzen naar de kantonrechter in Amsterdam.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en de zaak terugverwezen naar de kantonrechter, zodat de verdachte alsnog in twee instanties kan worden berecht. Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 17 december 2015.