ECLI:NL:GHAMS:2015:3215
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J. den Boer
- E.A.G. van der Ouderaa
- H.E. Kostense
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake naheffingsaanslag overdrachtsbelasting en waarde in het economische verkeer van onroerende zaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 28 mei 2015 uitspraak gedaan in het hoger beroep van [X] B.V. tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. De zaak betreft een naheffingsaanslag in de overdrachtsbelasting die is opgelegd aan de rechtsvoorganger van belanghebbende, ter zake van de verkrijging van een onroerende zaak op 23 april 2009. Belanghebbende had op aangifte een bedrag van € 150.000 aan overdrachtsbelasting voldaan, maar de inspecteur legde een naheffingsaanslag op van € 60.000, gebaseerd op een hogere waarde in het economische verkeer van het pand. De rechtbank had het beroep van belanghebbende ongegrond verklaard, waarna belanghebbende in hoger beroep ging.
Het Hof heeft de feiten vastgesteld zoals deze door de rechtbank zijn vastgesteld. Belanghebbende stelde dat de waarde van het pand bij de verkrijging € 2.500.000 bedroeg, terwijl de inspecteur uitging van een waarde van € 3.500.000. Het Hof oordeelde dat de inspecteur aannemelijk had gemaakt dat de waarde in het economische verkeer op 23 april 2009 niet minder dan € 3.500.000 bedroeg, en dat de door belanghebbende overgelegde taxatierapporten niet tot een ander oordeel leidden. Het Hof volgde de rechtbank in haar oordeel dat de omstandigheden waaronder de verkoop plaatsvond, niet van invloed waren op de vaststelling van de waarde in het economische verkeer.
De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en het hoger beroep van belanghebbende werd ongegrond verklaard. Het Hof oordeelde dat de inspecteur terecht de naheffingsaanslag had opgelegd en dat de waarde in het economische verkeer correct was vastgesteld. De kosten van het geding werden niet aan een partij opgelegd.