Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
VERENIGING VAN EIGENAARS [X]
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
- Een overzicht van de bijdrage van de contributie periode 2007-2011
- Een overzicht van de onderhoudsuitgaven en overige uitgaven 2007-2011
- Een overzicht debiteuren en crediteuren t/m einde boekjaar 2011
3.Beoordeling
“kan”worden gevormd en daartoe (dus) geen verplichting bestaat, kan het beroep van [appellante] op opschorting, voor zover zij dat heeft gedaan, niet slagen. Ten overvloede overweegt het hof dat uit de notulen van de vergadering van 30 mei 2012 blijkt dat de VVE wel een - al dan niet als zodanig bestempeld - reservefonds heeft gevormd.
“In de toekomst zal ik alleen nog een financiële bijdrage leveren aan verbouwingsactiviteiten van de VVE – [adres], als we van te voren eengezamenlijk onderhoudsplanhebben opgesteld voor korte en middellange termijn, voor de gehele VVE. (..) NB: [Y], ik heb het bedrag voor debalkonreparatienog niet voldaan. Excuses hiervoor. Zou je zo vriendelijk willen zijn mij inzicht te geven in de originele offerte en de uiteindelijke officiële factuur van de aannemer? Indien alles in orde is zal ik het bedrag per ommegaande overmaken!”Uit dit e-mailbericht blijkt voldoende dat [appellante] met de reparatie en de daaruit voortvloeiende extra bijdrage heeft ingestemd. De noodzaak van de reparatie heeft zij bovendien destijds niet aan de orde gesteld en haar stelling dat die noodzaak ontbreekt, kan zij de VVE nu niet tegenwerpen. In haar akte na memorie van antwoord heeft [appellante] zich nog op het standpunt gesteld dat zij vond dat de offerte niet in orde was en dat zij niet begreep dat de VVE niet voldoende geld in kas had, maar dit betoog wordt, als nieuwe grief, buiten beschouwing gelaten. Ten aanzien van de dakreparatie heeft [appellante] in een e-mailbericht van 11 juli 2012 het volgende aan de eigenaars geschreven:
“Zoals eerder aangegeven, houd ik mij voortaan afzijdig van de activiteiten ( en bestedingen ) van jullie “VvE-in-eeuwige-oprichting”. NB: Het dak lekt reeds vier lange jaren. Gedurende de afgelopen vier jaar heb ik jullie meerdere malen gewezen op de noodzaak om de reparatie op te nemen in een onderhoudsplan en hiervoor budget te reserveren. Er is dus voldoende gelegenheid geweest om de boel tijdig op orde te brengen.”[appellante] erkent in dit bericht aldus de noodzaak van de dakreparatie, zodat dit aan een beroep op opschorting in de weg staat.