Op 2 april 2009 heeft [C] , accountant-en administratieconsulent, een
financieel verslag opgesteld aangaande het Subway-restaurant. In een begeleidende brief heeft [C] onder meer geschreven:
‘Op uw verzoek hebben wij de gerealiseerde baten en lasten vergeleken met de door u
aangeleverde prognose. De belangrijkste aandachtpunten zullen wij hierna doornemen:
1. De gerealiseerde omzet komt redelijk overeen met de prognose.
2. De bruto marge is liefst 7% lager dan begroot. De oorzaak is door ons niet te verklaren, maar verdient zeker uw aandacht.
3. De loonkosten bedragen ongeveer het dubbele van hetgeen is begroot. Of de begroting niet volledig is of dat u de arbeidsbezetting niet geoptimaliseerd heeft is ons niet duidelijk. (...)
4. De gerealiseerde afschrijving lijkt conform prognose, maar in de prognose is geen
afschrijving goodwill opgenomen, zodat er feitelijk een groot verschil is. Hoe in de
prognose rekening is gehouden met de afschrijving op goodwill is ons niet duidelijk.
5. Er zijn geen inventariskosten begroot. Wellicht omdat men dit onder een andere post
heeft opgenomen.
6. Er is in de begroting geen rekening gehouden met de door beide vennoten gereden
zakelijke kilometers.
7. in de begrote kostenopstelling komen wij geen entreefee tegen. Wij denken dat toch
vooraf bekend was dat dit betaald moest worden, ook al zijn het eenmalige kosten.
8. De gerealiseerde contributies en abonnementen komen aanzienlijk lager uit dan begroot.
9. De rentelasten zijn fors hoger dan begroot, wellicht vanwege het vermoeden dat geen
rekening is gehouden met financiering van te betalen goodwill.(...)’