Uitspraak
1.de vennootschap onder firma CLEMENS & DE VRIES PROJECTONTWIKKELING V.O.F.,
[APPELLANT SUB 2],
[APPELLANTE SUB 3],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, hebben appellanten hoger beroep ingesteld tegen vonnissen van de rechtbank Noord-Holland. De rechtbank had op 23 januari 2013 en 28 augustus 2013 geoordeeld dat een koopovereenkomst tussen partijen buitengerechtelijk was ontbonden. Appellanten werden veroordeeld om mee te werken aan de ongedaanmaking van de gevolgen van deze overeenkomst en moesten een schadevergoeding betalen aan de geïntimeerde. Het hof heeft vastgesteld dat appellanten hun hoger beroep niet tijdig hebben ingeschreven in het register, zoals vereist door artikel 3:301 lid 2 BW. Dit verzuim leidde tot niet-ontvankelijkheid van appellanten in hun hoger beroep voor zover dit zich richtte tegen de onderdelen van het vonnis die betrekking hadden op de levering van een registergoed. Het hof oordeelde dat de regeling in artikel 3:301 BW is bedoeld om de rechtszekerheid te waarborgen en dat er geen ruimte is voor de rechter om te onderzoeken of derden benadeeld zijn door het verzuim van appellanten. Het hof verklaarde appellanten niet-ontvankelijk in hun hoger beroep voor de onderdelen die betrekking hebben op de levering, maar liet de mogelijkheid open voor het indienen van grieven die niet op deze onderdelen betrekking hebben. De zaak werd verwezen naar de rol voor het nemen van een memorie van grieven door appellanten.