Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Ontstaan en loop van het geding
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- vermindert de belastingaanslag IB/PVV 2003 tot een berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 14.126;
- handhaaft de verliesherzieningsbeschikking 2004 op nihil;
- stelt de verliesherzieningsbeschikking 2005 vast op € 9.460;
- bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van de vernietigde besluiten;
- vermindert de vergrijpboete tot een bedrag van 19% van dat deel van de aanslag dat volgt uit de omzetcorrectie en bepaalt dat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde besluit;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van ten bedrage van € 1.092;
2.Feiten
€ 1.697
-/- € 684
3.Geschil in hoger beroep en incidenteel hoger beroep
4.Beoordeling van het geschil
In ieder geval heeft belanghebbende geen afdoende verklaring gegeven voor zijn brutowinstpercentage dat - naar het Hof aannemelijk gemaakt acht - lager was dan gelet op de aard van belanghebbendes onderneming verwacht mocht worden en ook lager was dan dat belanghebbende met betrekking tot eerdere jaren met de inspecteur was overeengekomen.
Ook voor de overige geconstateerde - naar ’s Hofs oordeel - ernstige gebreken in belanghebbendes administratie heeft hij in hoger beroep geen afdoende verklaring gegeven. Zoals de inspecteur terecht betoogd heeft, volgt uit de in hoger beroep overlegd nota’s voor door belanghebbende gekochte komkommers en ijsbergsla, dan wel uit hetgeen belanghebbende daarnaast heeft ingebracht of verklaard, niet dat belanghebbende voor hogere inkoopkosten stond dan vergelijkbare ondernemers.
5.Kosten
6.Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de rechtbank voor zover die betrekking heeft op de verliesherzieningsbeschikking 2005; en
- verklaart het beroep met betrekking tot de verliesherzieningsbeschikking 2005 ongegrond.