Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[GEÏNTIMEERDE SUB 1],
[GEÏNTIMEERDE SUB 2],
[GEÏNTIMEERDE SUB 3],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, gaat het om een hoger beroep van Townspace Property B.V. tegen een eerdere uitspraak met betrekking tot de koop van appartementsrechten. De kern van het geschil betreft een ernstige funderingsproblematiek van het pand, die het normaal gebruik van de appartementen als woning belemmert. Townspace heeft zich beroepen op een exoneratiebeding, maar het hof oordeelt dat dit beroep naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Het hof heeft eerder in een tussenarrest op 27 december 2011 vastgesteld dat de grieven van Townspace falen en heeft Townspace in de gelegenheid gesteld om te reageren op de door de geïntimeerden aangevoerde argumenten.
Het hof heeft vastgesteld dat de fundering van het pand reeds gebrekkig was ten tijde van de levering, en dat Townspace tekort is geschoten in haar verplichting om appartementsrechten te leveren die aan de overeenkomsten beantwoordden. Het hof heeft de argumenten van Townspace, waaronder het beroep op overmacht en de stelling dat de appartementen met de kwalificaties 'Geheel gerenoveerd' en 'Onderhoud binnen en buiten uitstekend' zijn aangeboden, verworpen. Het hof concludeert dat de aansprakelijkheid voor onzichtbare gebreken die aan normaal gebruik in de weg staan, niet kan worden uitgesloten door de bepalingen in de koopovereenkomsten.
De omvang van de schade en de wijze van funderingsherstel zijn ook aan de orde gekomen. Townspace heeft betoogd dat het herstel onnodig kostbaar en langdurig is geweest, maar het hof heeft deze grieven als onvoldoende gemotiveerd afgewezen. Uiteindelijk heeft het hof het bestreden eindvonnis bekrachtigd en Townspace in de kosten van het hoger beroep verwezen.