ECLI:NL:GHAMS:2013:4996
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- T.A.C. van Hartingsveldt
- E.A.G. van der Ouderaa
- S. Clement
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot verschoning van een raadsheer in belastingzaak
In deze beschikking van het Gerechtshof Amsterdam, gedateerd 4 april 2013, werd het verzoek tot verschoning van een raadsheer-plaatsvervanger in een belastingzaak behandeld. De verzoeker, die betrokken was bij de btw-advisering van een voormalig adviseur van de belanghebbende, verzocht zich te mogen verschonen in de procedure tegen de inspecteur van de Belastingdienst. Dit verzoek werd ingediend omdat de raadsheer zich zorgen maakte over de objectieve waarneming van zijn onpartijdigheid, gezien zijn eerdere professionele relatie met de adviseur van de belanghebbende. Het hof oordeelde dat, hoewel er geen subjectieve onpartijdigheid was aangetoond, de omstandigheden wel degelijk een objectieve vrees voor partijdigheid opriepen. Het hof benadrukte het belang van de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de rechter en concludeerde dat het verzoek tot verschoning moest worden toegewezen. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 4 april 2013, waarbij het hof besloot dat het onderzoek ter terechtzitting opnieuw zou worden aangevangen op een nader te bepalen datum.