2.3.Op 21 december 2001 heeft eiser ten overstaan van een Nederlandse notaris een deel van zijn vermogen bestaande uit effecten en geld geschonken aan [Stichting C]. Deze schenking is geformaliseerd bij notariële akte Vastlegging schenking (hierna: de akte van schenking).”
“2.6. Bij notariële akte van 15 mei 2002 is door [B NV] [Stichting E], gevestigd te Curaçao, opgericht. In de akte van oprichting van de stichting staat onder meer het volgende:
“
Doel en middelen.
Artikel 2.
1. De Stichting heeft ten doel:
a. het beheren, verkrijgen en beleggen van vermogenswaarden;
b. het houden en uitoefenen van oprichtersbevoegdheden van één of meerdere stichtingen particulier fonds.
(…)
Bestuur: samenstelling, benoeming, defungeren.
Artikel 3.
1. Het bestuur bestaat uit één of meer bestuursleden. Het bestuur bepaalt zelf het aantal bestuursleden.
2. Op het moment van defungeren van [X] dan wel [A] als bestuurder, treden hun kinderen, [F], (…), en [G], (…), gezamenlijk toe tot het bestuur; hun benoeming gaat van rechtswege in op het tijdstip van defungeren. (…)
3. Met uitzondering van hetgeen bepaald in lid 2 van dit artikel worden de bestuursleden door het bestuur zelf benoemd, bij voorkeur vóór een vacature ontstaat.
Een dergelijk bestuursbesluit moet worden genomen bij unanimiteit van alle alsdan in functie zijnde bestuursleden.
(…)
Artikel 5.
Een bestuurslid kan ook door het bestuur zelve ontslagen worden bij unaniem besluit van de overige bestuursleden, mits tenminste twee overige bestuursleden in functie zijn.
(…)
Uitoefening van het bestuur.
Artikel 8.
(…)
3. Bestuursbesluiten moeten met volstrekte meerderheid van het totaal aantal stemmen, hetwelk door de alsdan in functie zijnde bestuursleden kan worden uitgebracht, worden genomen, tenzij anders bepaald.
(…)
Tenslotte verklaarde de comparant als volgt:
Voor de eerste keer zal het bestuur van de stichting bestaan uit de navolgende leden:
a. [X], (…)
b. [A], (…)
c. [D NV], (…)
(…)” ”
“2.8. Op 10 augustus 2002 is aan het bestuur van [Stichting C] een brief (door partijen ook aangeduid als ‘letter of wishes’) gestuurd, ondertekend door de bestuursleden van [Stichting E], als houder van de oprichtersrechten in [Stichting C]. Hierin staat onder meer het volgende vermeld:
“(…)
U heeft, met inachtneming van de beperkingen als opgenomen in de statuten van [Stichting C], de bevoegdheid over kapitaal en inkomen van [Stichting C] te beschikken, alsmede, met inachtneming van de beperkingen als opgenomen in de statuten van [Stichting C], om hetzij kapitaal hetzij inkomen van [Stichting C] uit te delen aan een nader vast te stellen groep van begunstigden.
U heeft ook, met inachtneming van de beperkingen als opgenomen in de statuten van [Stichting C], de bevoegdheid om personen aan te wijzen als begunstigden dan wel toe te voegen aan de groep van begunstigden.
Alhoewel wij accepteren dat wij met het instellen van [Stichting C] het beheer en de zeggenschap over het in [Stichting C] ingebrachte en nog in te brengen vermogen aan U hebben overgedragen, zenden wij U hierbij onze wensen ten aanzien van het beheer en de bestemming van het kapitaal. Wij vertrouwen erop dat U Uw zeggenschap en discretie overeenkomstig onze wensen zult uitoefenen, ofschoon wij weten dat U hiertoe juridisch niet gebonden bent.
Enige tijd na het overlijden van de langstlevende van beide ondergetekenden dient het gehele vermogen van [Stichting C] te gelde gemaakt te worden en in één keer te worden uitgekeerd aan de volgende twee personen, elk voor een gelijk deel. Het betreft de volgende personen:
De uitkeringen aan de bovengenoemde twee begunstigden, alsmede het beheer van de in [Stichting C] aanwezige fondsen zullen geschieden onder de navolgende beperkingen:
- Indien één van beide begunstigden kinderloos komt ter overlijden alvorens U tot uitkering besluit over te gaan, dan treedt de langstlevende begunstigde voor het geheel in diens plaats;
- Indien beide begunstigden kinderloos komen te overlijden alvorens U tot uitkering besluit over te gaan, dan treden de respectievelijke echtgenoten voor dezelfde delen in hun plaats;
- Indien een begunstigde overlijdt met achterlating van kinderen alvorens U besluit tot uitkering over te gaan, dan treden diens kinderen en diens echtgenoot voor gelijke delen in de plaats van de overledene;
- Indien beide begunstigden kinderloos en ongehuwd komen te overlijden alvorens U tot uitkering besluit over te gaan, dan wordt het vermogen uitgekeerd volgens de bij deze brief gevoegde lijst.
Indien deze letter of wishes nog vragen bij U oproept, zijn wij ten allen tijde tot een nadere toelichting bereid. Uiteraard kunt U zich ook met andere vragen tot ons wenden, wij van onze kant zullen U gevraagd en ook ongevraagd, indien dat naar ons oordeel wenselijk is, van adviezen en andere instructies voorzien.
Wij willen ons hierbij nadrukkelijk het recht voorbehouden om tijdens ons leven de gehele bovenstaande opsomming van suggesties en wensen (‘letter of wishes”) te vervangen door een andere.