Uitspraak
______________________________________________________________________ _ _
1.Het geding in hoger beroep
2.De stukken van het geding
4.Het standpunt van de notaris
5.De behandeling in hoger beroep
6.De beoordeling
de notarisbinnen zes weken na de dag van verzending van het afschrift van de beslissing (van de voorzitter) tot schorsing of tot weigering van de opheffing van de schorsing daartegen in beroep kan komen bij dit hof. Lid 3 van dit artikel bepaalt dat op de
behandelingvan de zaak bij een kamer voor het notariaat en bij dit hof de artikelen 101, 102, 104, 105 en 107 Wna van overeenkomstige toepassing zijn.
de notaristegen een beslissing van de voorzitter als bedoeld in artikel 106 lid 1 Wna in beroep kan komen. De bepaling in de tweede volzin van artikel 107 lid 1 Wna, inhoudende dat in alle gevallen de KNB en het BFT voor wat betreft de mogelijkheid beroep in te stellen als klager worden aangemerkt, doet hieraan niet af, nu de toepasselijkverklaring van (onder meer) artikel 107 Wna is beperkt tot de
behandelingvan de zaak bij de kamer en het hof en dus niet op de mogelijkheid beroep in te stellen en de wijze waarop dat moet gebeuren, welke kwesties in het eerste lid van artikel 107 Wna zijn geregeld (met een andere appeltermijn dan in artikel 27 lid 2 Wna).