ECLI:NL:GHAMS:2013:3259
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Effectenlease en verjaring van vernietigingsbevoegdheid ex artikel 1:89 BW
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Dexia Nederland B.V. tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam, waarin de vorderingen van de geïntimeerde, [geïntimeerde], zijn toegewezen. De zaak betreft effectenleaseovereenkomsten die [geïntimeerde] heeft afgesloten met Dexia, waarbij zijn echtgenote, [echtgenote], een vernietigingsverklaring heeft afgegeven op basis van artikel 1:89 BW. Dexia betwistte de tijdigheid van deze vernietiging en voerde aan dat het recht van [echtgenote] om de overeenkomsten te vernietigen was verjaard. De kantonrechter oordeelde echter dat het bewijsvermoeden dat [echtgenote] meer dan drie jaar voor haar vernietigingsverklaring op de hoogte was van de overeenkomsten, was ontzenuwd door de verklaringen van [geïntimeerde] en [echtgenote]. In hoger beroep handhaafde het hof deze conclusie en oordeelde dat Dexia niet had bewezen dat de verjaring was ingetreden. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde Dexia in de kosten van het geding in hoger beroep.