ECLI:NL:GHAMS:2012:BY6074
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- S. Clement
- W.J. Noordhuizen
- J.W. Hoekzema
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek ingediend bij onbevoegd rechterlijk college, ambtshalve verwezen naar bevoegd rechterlijk college
In deze zaak heeft verzoeker op 24 april 2012 een wrakingsverzoek ingediend bij het Gerechtshof Amsterdam. Dit verzoek was gericht tegen de raadsheren mr. C. Schaap, voorzitter, en mrs. M.W.C. Feteris en Th. Groeneveld, leden van de derde meervoudige kamer van de Hoge Raad der Nederlanden. Verzoeker stelde dat deze raadsheren betrokken waren bij eerdere arresten die op zijn cassatieberoep waren gewezen. Daarnaast werd ook mr. R.J. Koopman genoemd in het verzoek, die samen met de andere raadsheren op 6 april 2012 een arrest had gewezen.
Verzoeker heeft in zijn correspondentie met het hof betoogd dat het verzoekschrift eerder was verzonden dan de datum die het hof had vastgesteld. Hij stelde dat het verzoekschrift op 16 april 2012 per aangetekende post was verzonden, maar het hof beschouwde de ontvangst op 24 april 2012 als de officiële datum. Na een aantal brieven van verzoeker waarin hij zijn standpunt herhaalde, heeft het hof op 5 juni 2012 uitspraak gedaan.
Het hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat een wrakingsverzoek moet worden ingediend bij het gerecht waaraan de betrokken raadsheren zijn verbonden. Aangezien het hof zich onbevoegd achtte om het wrakingsverzoek te behandelen, heeft het hof besloten om het verzoek ambtshalve te verwijzen naar de Hoge Raad der Nederlanden. De beslissing van het hof was dat het zich onbevoegd verklaarde en het verzoek in de stand waarin deze zich bevond, doorverwees naar de Hoge Raad.