ECLI:NL:GHAMS:2011:BR4585
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- J.P.A. Boersma
- A.P.M. van Rijn
- J.P.F. Slijpen
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid en rechtmatigheid van naheffingsaanslag parkeerbelasting door gemeente Amstelveen
In deze zaak gaat het om de rechtmatigheid van een naheffingsaanslag parkeerbelasting die is opgelegd door de gemeente Amstelveen. De belanghebbende, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, heeft in hoger beroep de uitspraak van de rechtbank aangevochten. De rechtbank had eerder de naheffingsaanslag vernietigd, maar geen oordeel gegeven over de rechtmatigheid van de aanslag zelf. Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 22 juli 2011 uitspraak gedaan in deze zaak, met kenmerk 10/00315.
De naheffingsaanslag van € 49,70 was opgelegd aan de belanghebbende, die als houder van een voertuig was aangemerkt. Tijdens een controle op 8 mei 2007 bleek dat het voertuig geparkeerd stond zonder geldig parkeerkaartje of vergunning. De heffingsambtenaar stelde dat de aanslag correct was opgelegd door een bevoegde ambtenaar. De rechtbank had echter geoordeeld dat niet was aangetoond door wie de invorderingshandeling was verricht, wat leidde tot de vernietiging van de aanslag.
Het Hof heeft echter vastgesteld dat de burgemeester en wethouders de parkeercontroleur als bevoegde ambtenaar hadden aangewezen, waardoor de rechtmatigheid van de naheffingsaanslag niet in twijfel kon worden getrokken. Het Hof vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep ongegrond. De belanghebbende had geen bewijs geleverd dat de invordering niet correct was uitgevoerd. De uitspraak van het Hof biedt duidelijkheid over de bevoegdheid van ambtenaren bij het opleggen van naheffingsaanslagen en de rol van de burgerlijke rechter in het beoordelen van invorderingshandelingen.
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken beroep in cassatie worden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden. De uitspraak is openbaar gemaakt en het proces-verbaal is ondertekend door de voorzitter en de griffier.