ECLI:NL:GHAMS:2009:BI6402
Gerechtshof Amsterdam
- Proceskostenveroordeling
- A.D.R.M. Boumans
- A. Bockwinkel
- S. Clement
- Rechtspraak.nl
Bevelschrift terzake van nakosten na arrest in civiele procedure
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam diende, hebben verzoekers, aangeduid als [X] c.s., op 27 oktober 2008 een verzoekschrift ingediend. Dit verzoek was gericht op het verkrijgen van een bevelschrift op basis van artikel 237, lid 4 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (BRv) voor de nakosten die zijn ontstaan na een eerder arrest van het hof, uitgesproken op 8 mei 2008. In dat arrest had het hof een eerder vonnis van de rechtbank Amsterdam vernietigd en de vorderingen van [X] c.s. toegewezen, waarbij de gerequestreerde partij, Plus Vast B.V., werd veroordeeld in de proceskosten.
De verzoekers stelden dat de gerequestreerde partij de na de uitspraak gevallen kosten niet vrijwillig wenste te voldoen, wat hen noopte tot het aanvragen van een bevelschrift. De gerequestreerde partij betwistte echter de gevorderde nakosten en voerde aan dat zij direct na betekening van het arrest tot betaling was overgegaan, waardoor er geen reden was om een deurwaarder in te schakelen. Tevens werd de hoogte van de gevorderde afwikkelings- en dossierkosten betwist.
Het hof oordeelde dat de verzoekers recht hadden op de gevorderde betekeningskosten, aangezien de gerequestreerde pas na betekening van het arrest tot betaling was overgegaan. De overige kosten, die betrekking hadden op de executie van het arrest, vielen niet onder de nakosten zoals bedoeld in artikel 237, lid 4 BRv. Uiteindelijk werd de totale hoogte van de nakosten begroot op € 287,24, bestaande uit advocaatkosten en kosten van betekening. Het hof heeft het bevelschrift afgegeven en de tenuitvoerlegging hiervan bevolen.