ECLI:NL:CRVB:2024:721
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding in verband met onrechtmatige besluitvorming en de afwijzing van specifieke schadeposten
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam, waarin haar verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. Appellante had schadevergoeding geëist in verband met onrechtmatige besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam, die leidden tot een tekort aan bijstandsuitkeringen. Het college had weliswaar wettelijke rente vergoed, maar appellante vorderde daarnaast vergoeding voor specifieke schadeposten, waaronder rentekosten, incassokosten en andere gerelateerde kosten. De rechtbank oordeelde dat deze schadeposten niet voor vergoeding in aanmerking kwamen, omdat de gestelde schade niet het gevolg was van de onrechtmatige besluiten. De Raad voor de Rechtspraak bevestigde deze uitspraak, waarbij werd benadrukt dat voor schadevergoeding een oorzakelijk verband moet bestaan tussen het onrechtmatige besluit en de gevorderde schade. De Raad concludeerde dat appellante niet had aangetoond dat de gevorderde schadeposten het gevolg waren van de onrechtmatige besluiten van het college. De uitspraak van de rechtbank werd dan ook bevestigd, en appellante kreeg geen vergoeding voor haar proceskosten of het griffierecht.