Uitspraak
SAMENVATTING
PROCESVERLOOP
mr. M.H. Horst, advocaat, een zienswijze ingediend.
OVERWEGINGEN
Inleiding
Vanaf 1990 heeft betrokkene naast [vak 1] ook [vak 2] gedoceerd voor welk vak betrokkene geen lesbevoegdheid heeft. Omdat het vak [vak 1] vanaf 2004 niet meer door appellante wordt aangeboden heeft betrokkene op verzoek van appellante voor een deel van zijn werktijd het vak [vak 2] gedoceerd voor ongeveer 4 tot 6 uren per week. Daarnaast verrichtte betrokkene verschillende andere werkzaamheden, waaronder invulling van zogenoemde CAL-uren (contact allochtone leerlingen), het begeleiden van leerlingen bij huiswerk en op andere vlakken en het onderhouden van contacten met ouders. Zijn aanstelling is niet gewijzigd.
1. Het behalen van de lesbevoegdheid [vak 2] , waarbij de werkgever hem zou faciliteren in tijd en kosten;
2. Herplaatsing in de [naam functie 2] (schaal 6) met jaarlijks toe te delen CAL-uren;
3. Beëindiging met wederzijds goedvinden per 1 augustus 2019.
“Bij het criterium met betrekking tot de hoogte van het loon is men er vanuit gegaan dat er sprake is een aanvulling vanuit de WW vanwege de inkomstenverrekening. De WW-uitkering wordt aangevuld zolang de inkomsten onder 87,5% van het maandloon blijven. Er is echter geen sprake van een aanvulling vanuit de WW bij een van werk naar werk situatie. Bij een aanbod van werk naar werk bestaat geen recht op een WW-uitkering en is er dus ook geen sprake van inkomstenverrekening. Omdat de uitkering wordt aangevuld als vanuit de WW het werk wordt hervat, mogen we ook in geval er sprake is van een aanbod van werk naar werk pas van passende arbeid spreken als het loonniveau niet lager is dan 87,5% van het maandloon.”
Het Uwv stelt zich op het standpunt dat, omdat het loon in de aan betrokkene aangeboden functie van [naam functie 3] onder het percentage van 87,5% blijft, dit betekent dat er geen sprake is van passende arbeid. De aanvulling waar betrokkene op grond van de WOVO overgangsregeling openbaar onderwijs recht op heeft wordt, gelet op artikel 1 van het Besluit, niet tot het loon gerekend en blijft daarbij buiten beschouwing. Het Uwv onderschrijft daarom alsnog het oordeel van de rechtbank.
Het oordeel van de Raad
– worden toegekend tot jouw AOW gerechtigde leeftijd, dus vanaf 1 augustus 2017 nog
11,5 jaar. Gedurende de helft van deze periode ontvang je een toeslag tot 100% van het laatst verdiende salaris uit de oude betrekking. Gedurende de tweede helft een toeslag ter grootte van 90% van het verschil. (…) Kortgezegd komt het aanbod erop neer dat je de komende
11,5 jaar met behoud van (nagenoeg) het volledige salaris en pensioenopbouw een functie in een lagere schaal kunt verrichten met taken die aansluiten bij jouw kwaliteiten en competenties. (…)”
e-mailberichten.
Conclusie en gevolgen
BESLISSING
Bijlage
WW
Artikel 24
Artikel 27
Besluit passende arbeid WW en ZW
Artikel 1 Begripsbepalingen
Om te bepalen of arbeid aansluit bij het niveau van de arbeid waaruit de werknemer werkloos of ziek is geworden, wordt gebruik gemaakt van de volgende opleidingscategorieën die voor arbeid vereist kunnen worden:
In de periode voordat zes maanden waarin een recht op uitkering op grond van de Werkloosheidswet of de Ziektewet bestaat, zijn verstreken, is arbeid passend wanneer: