ECLI:NL:CRVB:2024:2147
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van een eerdere uitspraak inzake AOW en niet-ontvankelijkheid van bezwaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 14 november 2024 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 11 mei 2023. Verzoeker, die in Marokko woont, had verzocht om herziening van de uitspraak waarin zijn bezwaar tegen de verrekening van een te veel ontvangen bedrag aan toeslag met zijn AOW-pensioen door de Sociale Verzekeringsbank (Svb) niet-ontvankelijk was verklaard. Tijdens de zitting op 3 oktober 2024 was verzoeker niet aanwezig, maar de Svb werd vertegenwoordigd door mr. M.R. Schuurman. De Raad heeft vastgesteld dat verzoeker geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangedragen die aanleiding geven tot herziening van de eerdere uitspraak. De Raad benadrukt dat het herzieningsmiddel niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de zaak, maar enkel voor nieuwe feiten die voor de eerdere uitspraak niet bekend waren. Aangezien verzoeker enkel zijn ziekte en medische behandeling aanvoert, wat geen nieuwe feiten zijn, heeft de Raad het verzoek om herziening afgewezen. Dit betekent dat de eerdere uitspraak van 11 mei 2023 in stand blijft en verzoeker geen proceskostenvergoeding of terugbetaling van griffierecht ontvangt.