ECLI:NL:CRVB:2023:2502
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herleving van WW-uitkering na termijn van vijf jaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 december 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 1 oktober 2021. De appellant, een voormalig militair, had verzocht om herleving van zijn werkloosheidsuitkering, die was geschorst in 1999. De Raad oordeelde dat de appellant geen bezwaar had gemaakt tegen het schorsingsbesluit, waardoor dit onherroepelijk was geworden. Bovendien was er geen sprake van resterende WW-rechten, aangezien de termijn van vijf jaar voor het indienen van een verzoek om herleving al was verstreken. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en wees het verzoek van de staatssecretaris om proceskostenvergoeding af, omdat er geen sprake was van misbruik van procesrecht. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige actie bij het aanvechten van besluiten en de rechtszekerheid na verloop van tijd.