ECLI:NL:CRVB:2023:2259
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de Centrale Raad van Beroep in hoger beroep tegen verzetsuitspraak
In de zaak met nummer 20/4476 AOW-PV heeft de Centrale Raad van Beroep op 24 november 2023 uitspraak gedaan. De Raad heeft zich onbevoegd verklaard om kennis te nemen van het hoger beroep dat was ingesteld door appellante tegen een eerdere uitspraak op verzet. De uitspraak op verzet was gedaan door de rechtbank Overijssel op 13 november 2020. De Raad heeft vastgesteld dat het indienen van hoger beroep tegen een verzetsuitspraak niet mogelijk is volgens de Algemene wet bestuursrecht, specifiek artikel 8:104, tweede lid, aanhef en onder c. Appellante had verzet aangetekend, maar de Raad heeft in eerdere uitspraken, waaronder die van 15 maart 2023, al aangegeven dat hoger beroep tegen een verzetsuitspraak in principe niet is toegestaan, tenzij er sprake is van ernstige schendingen van de procesorde of fundamentele rechtsbeginselen. De argumenten van appellante zijn door de Raad niet als voldoende geacht om aan te nemen dat er in dit geval sprake was van een dergelijke ernstige schending. Daarom werd het verzet ongegrond verklaard en er werd geen aanleiding gezien voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak werd gedaan door de enkelvoudige kamer, waarbij J.C. Boeree als lid van de kamer fungeerde en L.C. van Bentum als griffier optrad.