Uitspraak
21 1608 WIA
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
WGA-uitkering op grond van de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) toegekend. De mate van arbeidsongeschiktheid is daarbij vastgesteld op 80 tot 100%.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 19 januari 2023 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. Appellant, die sinds 2008 werkzaam was binnen WSW-verband, heeft zich in 2017 ziek gemeld met psychische klachten. Het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) kende appellant een loongerelateerde WGA-uitkering toe, maar weigerde een IVA-uitkering op basis van de duurzaamheid van zijn arbeidsongeschiktheid. De rechtbank heeft het beroep van appellant ongegrond verklaard, waarbij werd geoordeeld dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat de verzekeringsarts voldoende had gemotiveerd waarom de beperkingen van appellant niet duurzaam waren.
In hoger beroep heeft appellant zijn standpunt herhaald dat hij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt is en recht heeft op een IVA-uitkering. De Raad heeft echter geoordeeld dat er geen sprake is van duurzame volledige arbeidsongeschiktheid. De verzekeringsarts had inzichtelijk gemaakt dat er mogelijkheden voor verbetering van de functionele mogelijkheden van appellant zijn door re-integratie. De Raad onderschrijft de overwegingen van de rechtbank en concludeert dat het hoger beroep niet slaagt. De aangevallen uitspraak wordt bevestigd, en er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.