ECLI:NL:CRVB:2022:802
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor tandartskosten en beoordeling van buitenwettelijk begunstigend beleid
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 30 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Den Haag. De appellant, die een ouderdomspensioen ontvangt, had bijzondere bijstand aangevraagd voor tandheelkundige kosten. Het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Bollenstreek had de aanvraag gedeeltelijk toegewezen, maar een deel van de kosten afgewezen, met inachtneming van een drempelbedrag van € 250,-. De rechtbank verklaarde het beroep van de appellant ongegrond, waarna de appellant in hoger beroep ging.
De Raad heeft vastgesteld dat het dagelijks bestuur het beleid van bijzondere bijstand op consistente wijze heeft toegepast. Dit beleid, dat als buitenwettelijk begunstigend wordt gekwalificeerd, houdt in dat bij meerdere eigen bijdragen voor zorgkosten boven een bepaald bedrag, bijzondere bijstand kan worden verstrekt. De Raad oordeelde dat de appellant niet in aanmerking kwam voor de extra bijstand, omdat de Zorgverzekeringswet als een toereikende voorliggende voorziening wordt beschouwd. De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij werd geoordeeld dat het beleid van het dagelijks bestuur correct was toegepast en dat de appellant niet in aanmerking kwam voor de gevraagde bijstand.
De uitspraak benadrukt de toepassing van de Participatiewet en de voorwaarden waaronder bijzondere bijstand kan worden verstrekt. De Raad concludeerde dat het hoger beroep van de appellant niet slaagde en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.