ECLI:NL:CRVB:2022:678
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vergoeding van proceskosten na intrekking van hoger beroep door bestuursorgaan
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep met zaaknummer 17/7974 WMO. Het hoger beroep was ingesteld door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haaksbergen, hierna appellant genoemd. De zaak betreft de intrekking van het hoger beroep door appellant, waarna betrokkene, vertegenwoordigd door mr. K. Wevers, verzocht heeft om veroordeling van appellant in de proceskosten. De Raad heeft vastgesteld dat artikel 8:118, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing is, wat inhoudt dat bij intrekking van het hoger beroep door het bestuursorgaan, het bestuursorgaan op verzoek van een partij kan worden veroordeeld in de proceskosten. De Raad oordeelt dat betrokkene, als gevolg van het instellen en intrekken van het hoger beroep, genoodzaakt was juridische bijstand in te roepen. De kosten voor deze bijstand zijn vastgesteld op € 759,-, welke kosten voor rekening van appellant komen. De uitspraak benadrukt de mogelijkheid voor partijen om proceskosten te vorderen in situaties waarin een hoger beroep wordt ingetrokken, en bevestigt de verplichting van het bestuursorgaan om deze kosten te vergoeden.