ECLI:NL:CRVB:2022:2872
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verzuim staatssecretaris om tijdig een nieuw besluit te nemen inzake militair invaliditeitspensioen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 juli 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep over het niet tijdig nemen van een nieuwe beslissing op bezwaar door de staatssecretaris van Defensie. De appellant, een militair, had eerder een verzoek ingediend voor toekenning van een militair invaliditeitspensioen vanwege een longaandoening. De Raad had in een eerdere uitspraak op 22 april 2021 de staatssecretaris opgedragen om een nieuwe beslissing te nemen, maar deze had verzuimd om binnen de wettelijk gestelde termijn van zes weken een besluit te nemen. De appellant heeft de staatssecretaris op 24 februari 2022 in gebreke gesteld, waarna het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit op 17 maart 2022 is ingesteld.
De Raad heeft vastgesteld dat de staatssecretaris niet binnen de termijn heeft beslist en heeft het beroep gegrond verklaard. De Raad heeft de staatssecretaris opgedragen om binnen zes weken na de uitspraak een nieuwe beslissing op het bezwaar te nemen en heeft bepaald dat de staatssecretaris een dwangsom verbeurt van € 100,- per dag voor elke dag dat hij de termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van de appellant tot een bedrag van € 379,50 en moet hij het griffierecht van € 50,- vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.