ECLI:NL:CRVB:2022:244
Centrale Raad van Beroep
- Herziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om herziening van WIA-uitkering op basis van nieuwe medische feiten
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 27 januari 2022 uitspraak gedaan op een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak met betrekking tot de WIA-uitkering van verzoekster. Verzoekster, die zich in 2011 ziek meldde vanwege diverse klachten, had eerder geen recht op een WIA-uitkering gekregen. De Raad had in een eerdere uitspraak een deskundige benoemd die concludeerde dat verzoekster beperkingen had, maar geen noodzaak voor een urenbeperking zag. Verzoekster heeft nu nieuwe medische wetenschappelijke onderzoeken ingediend die volgens haar aantonen dat de richtlijnen voor de beoordeling van haar belastbaarheid verouderd zijn. Het Uwv heeft hierop gereageerd en gesteld dat het verzoek om herziening in wezen een hernieuwde discussie betreft, wat niet is toegestaan onder het rechtsmiddel van herziening. De Raad heeft geoordeeld dat de door verzoekster ingediende artikelen niet voldoen aan de strikte voorwaarden voor herziening, omdat ze niet nieuw zijn en geen nieuwe feiten of omstandigheden bevatten die voor de eerdere uitspraak relevant zijn. De Raad heeft het verzoek om herziening afgewezen, omdat de ingediende stukken niet voldoen aan de cumulatieve voorwaarden van artikel 8:119 van de Algemene wet bestuursrecht. De Raad heeft ook geen aanleiding gezien voor een veroordeling in proceskosten.