ECLI:NL:CRVB:2021:2984
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid in het kader van de Wet WIA na auto-ongeval
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 29 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de mate van arbeidsongeschiktheid van appellant, die zich na een auto-ongeval op 27 oktober 2015 arbeidsongeschikt had gemeld. Het Uwv had eerder vastgesteld dat de mate van arbeidsongeschiktheid 48,11% was, maar appellant betwistte deze beoordeling. De rechtbank Midden-Nederland had het beroep van appellant tegen het besluit van het Uwv ongegrond verklaard. Appellant stelde dat er onzorgvuldig onderzoek was verricht, met name met betrekking tot zijn psychische klachten en de effecten van zijn obesitas. De Raad oordeelde dat het Uwv zich terecht had gebaseerd op de medische rapporten van de verzekeringsartsen, die zorgvuldig waren opgesteld en geen tegenstrijdigheden vertoonden. De Raad bevestigde dat de geselecteerde functies voor appellant medisch geschikt waren, ondanks zijn klachten. De uitspraak van de rechtbank werd onderschreven, en het hoger beroep van appellant werd afgewezen. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.