ECLI:NL:CRVB:2021:2381
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep ingetrokken na gewijzigde beslissing op bezwaar door Uwv met proceskostenveroordeling
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 september 2021 uitspraak gedaan in het hoger beroep met zaaknummer 18/1385 WIA. Het hoger beroep is ingetrokken door appellante, omdat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) met een gewijzigde beslissing op bezwaar van 2 maart 2021 volledig aan haar bezwaren tegemoet is gekomen. De Raad heeft eerder op 6 januari 2021 een tussenuitspraak gedaan, gepubliceerd onder ECLI:NL:CRVB:2021:20. Na de intrekking van het hoger beroep heeft appellante verzocht om een proceskostenveroordeling van het Uwv.
De Raad heeft in zijn overwegingen aangegeven dat volgens artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het bestuursorgaan kan worden veroordeeld in de kosten indien het beroep is ingetrokken omdat het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen. Aangezien het Uwv al had besloten tot vergoeding van de kosten in de bezwaarfase, moest de Raad alleen oordelen over de kosten die appellante in beroep en hoger beroep had gemaakt.
De Raad heeft de proceskosten voor de aan appellante verleende rechtsbijstand begroot op € 1.496,- in beroep en € 1.496,- in hoger beroep, en daarnaast reiskosten van € 13,40 in beroep en € 30,60 in hoger beroep. In totaal dient het Uwv € 3.036,- te vergoeden aan appellante. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de rechter en de griffier.