Uitspraak
20.1905 AW
OVERWEGINGEN
IKB
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam met betrekking tot zijn ambtenarenrechtelijke schorsing en ontslag. Appellant, werkzaam bij de gemeente Amsterdam, was sinds 1993 in dienst en werd in 2016 geschorst wegens vermoedens van ambtelijke corruptie en plichtsverzuim. De Centrale Raad van Beroep oordeelt dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het college bevoegd was tot het opleggen van strafontslag, maar dat dit ontslag niet eerder kon ingaan dan per 30 maart 2017. De Raad bevestigt dat de schorsing van 7 maart 2017 kan standhouden, maar dat de inhouding van de bezoldiging tijdens die schorsing niet kan worden gehandhaafd. De Raad oordeelt verder dat het college niet in gebreke is gebleven met betrekking tot de nabetaling van salaris, maar dat appellant recht heeft op wettelijke rente over de nabetaling die is verschuldigd op grond van eerdere uitspraken. De rechtbank heeft zich onbevoegd verklaard om te oordelen over de reikwijdte van het conservatoir beslag dat op het salaris van appellant is gelegd. De Raad bevestigt de aangevallen uitspraak en wijst het verzoek om schadevergoeding af.