ECLI:NL:CRVB:2021:1488
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering van AIO-aanvulling wegens onjuistheden in vermogensmelding
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 15 juni 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellante, die sinds 1 mei 2001 een onvolledig ouderdomspensioen ontvangt, had in aanvulling daarop bijstand ontvangen in de vorm van een AIO-aanvulling. De Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft echter de AIO-aanvulling ingetrokken, omdat appellante onjuistheden had opgegeven over haar verblijf en vermogen in Turkije. De Svb had een onderzoek ingesteld naar de rechtmatigheid van de AIO-aanvulling en ontdekte dat appellante in het verleden een onroerende zaak in Turkije had bezeten, wat zij niet had gemeld. Dit leidde tot de conclusie dat appellante haar inlichtingenverplichting had geschonden.
De Raad heeft vastgesteld dat de Svb niet ongeoorloofd onderscheid maakt bij de behandeling van vakantiemeldingen van verschillende groepen AIO-gerechtigden. De vraag of de Svb een document over selectiecriteria moest overleggen, werd negatief beantwoord, omdat niet was aangetoond dat appellante op basis van haar vakantieverblijf was geselecteerd voor onderzoek. De Raad heeft de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd, waarbij het beroep van appellante ongegrond werd verklaard. De Raad oordeelde dat de Svb terecht de AIO-aanvulling had ingetrokken en dat de waarde van de onroerende zaak in Turkije boven de vermogensgrens lag, waardoor appellante niet in aanmerking kwam voor de AIO-aanvulling.