ECLI:NL:CRVB:2021:1432
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep ingetrokken na tegemoetkoming door Uwv; proceskostenvergoeding en schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen een beslissing van het Uwv. Het hoger beroep werd ingetrokken omdat het Uwv met een gewijzigde beslissing op bezwaar volledig tegemoetkwam aan de bezwaren van appellante. De Raad voor de Rechtspraak heeft de proceskostenvergoeding en schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn behandeld. De uitspraak vond plaats op 16 juni 2021. De Raad heeft vastgesteld dat de procedure meer dan zes jaar heeft geduurd, wat resulteerde in een overschrijding van de redelijke termijn van meer dan twee jaar. Dit leidde tot een schadevergoeding van € 2.500,- voor immateriële schade aan appellante. Daarnaast werd het Uwv veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 3.882,37. De Staat der Nederlanden werd ook veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van appellante tot een bedrag van € 267,-. De uitspraak is gedaan door S.B. Smit-Colenbrander, in tegenwoordigheid van griffier H. Alajai.