Uitspraak
19.373 AW, 19/374 AW, 19/1806 AW
OVERWEGINGEN
1 december 2010 verleend ontslag is door de Raad herroepen bij uitspraak van 23 januari 2014, ECLI:NL:CRVB:2014:173.
7 april 2015 onder aanpassing van de motivering ongegrond verklaard.
11 mei 2015 tot 6 juli 2015 en het door appellante betaalde griffierecht aan haar te vergoeden.
niet-ontvankelijkheid van het bezwaar tegen de inhouding van premies voor de Stichting Pensioenfonds ABP op de bezoldiging van appellante.
BESLISSING
- vernietigt aangevallen uitspraak 2 voor zover de rechtbank heeft geoordeeld over schadevergoeding voor de IPAP-premies en voor zover de rechtbank verzuimd heeft een oordeel te geven over de beroepsgrond inzake de berekeningssystematiek van de bezoldiging en het salarissysteem;
- verklaart het beroep tegen het besluit van 4 november 2015 voor zover dit betrekking heeft op de IPAP-premies niet-ontvankelijk;
- bevestigt aangevallen uitspraak 2 voor het overige;
- bepaalt dat het college appellante het in hoger beroep tegen aangevallen uitspraak 2 betaalde griffierecht van € 259,- vergoedt;
- vernietigt aangevallen uitspraak 1, voor zover daarbij de rechtsgevolgen van het besluit van 29 december 2015 in stand zijn gelaten;
- bepaalt dat het college appellante het in hoger beroep tegen aangevallen uitspraak 1 betaalde griffierecht van € 259,- vergoedt;
- verklaart het beroep tegen het besluit 21 februari 2019, zoals gewijzigd bij besluit van 12 maart 2019 en bij een salarisspecificatie met toelichting van 7 januari 2020, ongegrond;
- veroordeelt het college in de kosten van appellante tot een bedrag van € 53,-.