ECLI:NL:CRVB:2020:655
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om militair invaliditeitspensioen na zorgvuldig onderzoek
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 12 maart 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Den Haag van 6 februari 2019. De zaak betreft een verzoek om toekenning van een militair invaliditeitspensioen (MIP) door de erven van een overleden militair, die in 2011 het verzoek indiende. De staatssecretaris van Defensie had het verzoek in 2012 afgewezen, omdat de mate van invaliditeit niet voldeed aan de vereisten. De Raad oordeelt dat er een voldoende zorgvuldig onderzoek heeft plaatsgevonden door verzekeringsarts I.P.L. Koperberg, die de situatie van de betrokkene grondig heeft beoordeeld. De Raad bevestigt dat de bevindingen van Koperberg consistent en inzichtelijk zijn en dat er geen noodzaak was voor een herhaald huisbezoek of het invullen van een beoordelingslijst. De staatssecretaris heeft de aanvraag op juiste gronden afgewezen, en het hoger beroep van de appellanten wordt verworpen. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd.