ECLI:NL:CRVB:2020:1380
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de zorgvuldigheid van het onderzoek naar passende arbeid voor een langdurig zieke ambtenaar
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 juli 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De zaak betreft een ambtenaar die sinds 29 augustus 2013 langdurig ziek is en die in 2018 eervol ontslag heeft gekregen wegens gedeeltelijke ongeschiktheid voor haar functie. De Raad oordeelt dat het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam zorgvuldig onderzoek heeft verricht naar passende arbeid voor de appellante in zowel het eerste als het tweede spoor. De Raad concludeert dat het college niet heeft verzuimd om uitvoering te geven aan de adviezen van de arbeidsdeskundige, die in zijn rapport van 24 april 2017 had geadviseerd om onderzoek te doen naar mogelijkheden binnen de gemeente. Echter, de kans op het vinden van passende functies binnen de gemeente was zeer gering, en de tijdelijke re-integratiewerkzaamheden werden als ongeschikt beschouwd. Het college heeft voldaan aan de inspanningsplicht om passende werkzaamheden te vinden, en er zijn geen herplaatsingsmogelijkheden buiten de gemeente aangetoond. De Raad bevestigt de eerdere uitspraak van de rechtbank en wijst het hoger beroep van de appellante af.