ECLI:NL:CRVB:2019:905
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing nabestaandenuitkering wegens gebrek aan verzekering voor de ANW
In deze zaak heeft appellante, woonachtig in Marokko, hoger beroep ingesteld tegen de beslissing van de Sociale verzekeringsbank (Svb) die haar aanvraag voor een nabestaandenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (ANW) had afgewezen. De echtgenoot van appellante, die op 8 juni 2015 is overleden, was ten tijde van zijn overlijden niet verzekerd voor de ANW, wat de basis vormde voor de afwijzing van de aanvraag. De rechtbank Amsterdam had eerder het beroep van appellante tegen deze afwijzing ongegrond verklaard.
De Centrale Raad van Beroep heeft in hoger beroep de zaak beoordeeld. Appellante stelde dat haar echtgenoot recht had op een AOW-uitkering, wat volgens haar zou moeten leiden tot recht op een ANW-uitkering. De Raad oordeelde echter dat de echtgenoot van appellante ten tijde van zijn overlijden niet in Nederland woonde of werkte en daarom niet verzekerd was op grond van de ANW. Dit werd bevestigd door gegevens van de Marokkaanse sociale zekerheid, waaruit bleek dat hij ook daar niet verzekerd was.
De Raad concludeerde dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat appellante geen recht had op de nabestaandenuitkering, omdat de echtgenoot niet verzekerd was voor de ANW. Het hoger beroep van appellante werd afgewezen en de uitspraak van de rechtbank werd bevestigd. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.