Uitspraak
17 7474 PW
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
artikel 54, vierde lid, van de PW met ingang van 22 april 2016 ingetrokken. Hieraan heeft het college ten grondslag gelegd dat appellanten niet binnen de gestelde termijn de gevraagde gegevens hebben aangeleverd. Tevens heeft het college de bijstand van appellanten over de periode van 24 juni 2015 tot en met 21 april 2016 met toepassing van artikel 54, derde lid, van de PW ingetrokken. Hieraan heeft het college ten grondslag gelegd dat appellanten de op hen rustende inlichtingenverplichting hebben geschonden door de bij hen opgevraagde bankafschriften niet over te leggen, waardoor het recht op bijstand over deze periode niet kan worden vastgesteld.
24 juni 2015 het recht op bijstand niet kan worden vastgesteld.
.
vierde lid, van de PW is voldaan. Het college was daarom bevoegd de bijstand van appellanten met ingang van 22 april 2016 in te trekken. Wat appellanten hebben aangevoerd levert geen grond op voor het oordeel dat het college niet in redelijkheid van zijn bevoegdheid tot intrekking gebruik heeft kunnen maken. De rechtbank heeft de rechtsgevolgen van het bestreden besluit, voor zover dit ziet op de intrekking per 22 april 2016, terecht in stand gelaten.