Uitspraak
18.4772 AW
OVERWEGINGEN
- Op basis van het samenstel van opgedragen werkzaamheden vastgelegd in de uitgangspositie voor de overgang naar een LFNP-functie wordt bepaald in welk taakgebied/werkveld de medewerker werkzaamheden zijn opgedragen;
- Aan de hand daarvan wordt bepaald in welk team in de nieuwe formatie dit taakgebied/werkveld terugkeert. Het resultaat daarvan wordt weergegeven in de zogenoemde “Van werk naar team”-tabellen;
- Vervolgens wordt vastgesteld of de LFNP-functie van de medewerker voorkomt in de formatie van het desbetreffende team.
- Is dit het geval dan wordt de medewerker in die functie als functievolger geplaatst;
- Bij de beoordeling of de LFNP-functie van de medewerker voorkomt in de formatie van het betreffende team worden werkterreinen, aandachtsgebieden en specifieke functionaliteiten buiten beschouwing gelaten;
- Als de LFNP-functie van de medewerker niet voorkomt in de formatie van het betreffende team, wordt gekeken of het samenstel van opgedragen werkzaamheden dat is vastgelegd in de uitgangspositie van de medewerker voor de overgang naar de LFNP-functie vergelijkbaar of uitwisselbaar is met een functie in de formatie van het team. Is dit het geval dan wordt de medewerker op die functie als functievolger geplaatst. Voor deze laatste vergelijking bestaat een commissie (Commissie Functievergelijking) die de korpschef hierover adviseert.
niet-operationele functies vermeld dat deze volgens het Barp onderdeel zijn van het landelijke deelreorganisatiegebied. Dit geldt ook voor niet-operationele functies met een taakgebied dat terugkeert in een team in een eenheid (regionale eenheid, landelijke eenheid). Als de
0,01 fte. Persoonsgebonden formatie wordt toegevoegd in de hiervoor geschetste situatie voor
niet-operationele functies met een taakgebied dat terugkeert in een team in een eenheid, waarbij de medewerker anders mogelijk functievolger zou worden voor een functie in de formatie voor een andere eenheid. Over de persoonsgebonden formatie wordt verder onder meer het volgende vermeld:
- persoonsgebonden formatie bestaat naast de organieke formatie;
- persoonsgebonden formatie bestaat zolang een functievervuller de functie in het team vervult;
- onderhoud aan de organieke formatie laat de persoonsgebonden formatie ongewijzigd, en;
- persoonsgebonden formatie is per definitie overbezet. Dit betekent dat de functievervuller in fase 2 van de reorganisatie onder voorwaarden toegang heeft tot flankerende voorzieningen.
LFNP-functie, is te scharen onder het taakgebied ‘Thematische Beleidsondersteuning’ en dat dit taakgebied terugkeert in de (nieuwe) formatie van de Eenheid [eenheid] bij [onderdeel 1] , team [team] en [onderdeel 2], met als plaats van tewerkstelling [provincie 1] Evenmin in geschil is dat in eerste instantie de LFNP-functie van appellante niet was ingericht in de formatie van het desbetreffende team.
HRM-instrument ‘persoonsgebonden formatie’ het volgende is opgemerkt: