In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 mei 2019 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de weigering van de WIA-uitkering door het Uwv. Appellant, gediagnosticeerd met ADD en het syndroom van Asperger, heeft in het verleden verschillende functies vervuld, maar heeft zich ziek gemeld vanwege psychische klachten. Het Uwv heeft in 2012 vastgesteld dat appellant 0% arbeidsongeschikt was en heeft zijn bezwaar ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen deze beslissing ongegrond verklaard, maar de Raad heeft in hoger beroep geoordeeld dat de FML (Functionele Mogelijkhedenlijst) niet adequaat rekening houdt met de beperkingen van appellant. De Raad concludeert dat appellant is aangewezen op solitaire functies, maar dat de geselecteerde functies in de bestreden beslissing niet voldoen aan deze eis, omdat ze in meer of mindere mate formele of informele contacten met collega's vereisen. Hierdoor is het bestreden besluit op een ontoereikende grondslag gebaseerd. De Raad heeft het hoger beroep van appellant gegrond verklaard en het Uwv opgedragen om opnieuw op het bezwaar van appellant te beslissen. Tevens is de Staat veroordeeld tot schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in de procedure, en zijn de proceskosten van appellant in hoger beroep vergoed.