ECLI:NL:CRVB:2019:1303
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake AIO-aanvulling en opschorting van bijstandsrecht
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag met betrekking tot de AIO-aanvulling van appellant en appellante. Appellant ontving een aanvullende inkomensvoorziening ouderen (AIO-aanvulling) en heeft samen met zijn echtgenote, appellante, een aanvraag ingediend. De Sociale verzekeringsbank (Svb) heeft de AIO-aanvulling van appellant opgeschort en de aanvraag van appellante afgewezen, omdat zij geen waardegegevens van een woning in India hebben overgelegd. Appellant heeft verzocht om uitstel voor het indienen van deze gegevens, maar de Svb heeft hier niet op gereageerd en heeft de AIO-aanvulling van appellant ingetrokken. De Raad voor de Rechtspraak heeft vastgesteld dat de Svb niet bevoegd was om de AIO-aanvulling in te trekken, omdat appellant niet verweten kan worden dat hij de gevraagde gegevens niet tijdig heeft verstrekt. De Raad heeft de Svb opgedragen om opnieuw te beslissen op de bezwaren van appellanten tegen de besluiten van de Svb. De rechtbank heeft de beroepen tegen de bestreden besluiten ongegrond verklaard, maar de Raad heeft dit oordeel vernietigd voor de intrekking van de AIO-aanvulling. De Svb is veroordeeld in de proceskosten van appellanten.