Uitspraak
24 mei 2018 aangevuld.
OVERWEGINGEN
BESLISSING
in totaal € 167,- vergoedt.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Gelderland, waarin de rechtbank het beroep ongegrond verklaarde. Appellant, die sinds 1999 ziek is en een WAO-uitkering ontvangt, heeft meerdere keren bezwaar gemaakt tegen besluiten van het Uwv over de hoogte van zijn uitkering. De Raad voor de Rechtspraak heeft vastgesteld dat het Uwv in eerdere besluiten niet voldoende tegemoet is gekomen aan de bezwaren van appellant. De Raad heeft de besluiten van het Uwv vernietigd en bepaald dat appellant recht heeft op een uitkering op grond van de WAO, berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80% of meer, met ingang van 11 december 2012. Tevens is er schadevergoeding toegekend wegens overschrijding van de redelijke termijn van de procedure, die met ruim 21 maanden is overschreden. De Raad heeft de Staat veroordeld tot betaling van € 2.000,- aan appellant als schadevergoeding. Daarnaast zijn de proceskosten van appellant vergoed.