ECLI:NL:CRVB:2018:4290

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
18 december 2018
Publicatiedatum
4 januari 2019
Zaaknummer
17/1607 PW-PV
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van de verlaging van bijstandsuitkering wegens niet voldoen aan sollicitatieplicht

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 18 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 22 december 2016. De appellant, die in Breda woont, had in eerste instantie bezwaar gemaakt tegen de verlaging van zijn bijstandsuitkering met 50% over de maand maart 2016. De verlaging was opgelegd omdat de appellant niet had voldaan aan zijn sollicitatieplicht. Tijdens de zitting was de appellant aanwezig, terwijl het college van burgemeester en wethouders van Breda zich niet liet vertegenwoordigen.

De Raad bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij werd vastgesteld dat de appellant niet naar vermogen had gesolliciteerd. De appellant had zich niet gehouden aan de afspraken in het uitstroomplan, waarin was vastgelegd dat hij naast deelname aan een werkproject minimaal twee keer per week moest solliciteren. In de vier maanden voorafgaand aan de verlaging had hij slechts één aantoonbare sollicitatie verricht. De Raad oordeelde dat het enkel zoeken naar werk niet als sollicitatie kan worden aangemerkt.

Daarnaast werd de stelling van de appellant dat zijn medische situatie hem belemmerde in het solliciteren, niet onderbouwd. De Raad vond de ongedateerde brief van slachtofferhulp over beperkingen aan zijn duim uit 2010 onvoldoende bewijs om zijn claim te ondersteunen. Het hoger beroep van de appellant werd dan ook afgewezen, en er werd geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd in het openbaar uitgesproken, en het proces-verbaal werd ondertekend door de griffier en de voorzitter.

Uitspraak

17.1607 PW-PV

Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 22 december 2016, 16/5041 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Breda (college)
Datum uitspraak: 18 december 2018
Zitting hebben: J.N.A. Bootsma als voorzitter en J.J.A. Kooijman en J.T.H. Zimmerman
als leden.
Griffier: F.H.R.M. Robbers.
Appellant is verschenen. Het college heeft zich niet laten vertegenwoordigen.

BESLISSING

De Raad bevestigt de aangevallen uitspraak.
Dit betekent dat de bijstand over de maand maart 2016 terecht met 50% is verlaagd.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen.
Appellant heeft niet naar vermogen voldaan aan zijn sollicitatieplicht. Hij heeft zich niet gehouden aan de afspraak in het uitstroomplan om, naast deelname aan het werkproject voor drie dagen per week, minimaal twee keer per week te solliciteren. Hij heeft in vier maanden tijd één aantoonbare sollicitatie verricht. Het alleen zóeken naar werk telt niet als sollicitatie. Appellant heeft zijn stelling dat hij onvoldoende heeft gesolliciteerd door zijn medische situatie niet onderbouwd. De ongedateerde brief van slachtofferhulp over beperkingen aan zijn duim in 2010 is daarvoor niet genoeg.
Het hoger beroep slaagt niet.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) F.H.R.M. Robbers (getekend) J.N.A. Bootsma

LO