Uitspraak
OVERWEGINGEN
104 weken heeft het Uwv vastgesteld dat appellante met ingang van 10 maart 2013 recht heeft op een loongerelateerde WGA-uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA). Daarbij is de mate van arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 44,32%.
(SBC-code 315130) heeft appellante gesteld dat zij niet voldoet aan de diploma-eis die is gesteld. Verder is de functie volgens appellante niet geschikt, omdat er te lang gestaan moet worden. De in de beroepsfase door de arbeidsdeskundige bezwaar en beroep geselecteerde functie van medewerker tuinbouw (planten, bloemen en vruchten) (SBC-code 111010) is ook ongeschikt. In deze functie wordt de belastbaarheid van appellante op het beoordelingspunt staan en lopen ontoelaatbaar overschreden en is veelvuldig sprake van huidcontact.
SBC-code 315130 gesteld dat het vroegere LEAO-diploma gelijk is te stellen met een VMBO-diploma. In combinatie met de werkervaring zou appellante inderdaad bij de werkgever aangenomen kunnen worden.
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak voor zover aangevallen;
- herroept het besluit van 26 november 2014;
- bepaalt dat de mate van arbeidsongeschiktheid van appellante met ingang van
- bepaalt dat deze uitspraak van de Raad in de plaats treedt van het vernietigde gedeelte van het besluit van 14 april 2015;
- veroordeelt het Uwv in de kosten van appellante tot een bedrag van € 1.002,-;
- bepaalt dat het Uwv het door appellante in hoger beroep betaalde griffierecht van € 124,- vergoedt.