ECLI:NL:CRVB:2018:1436
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- K.J. Kraan
- J.J.A. Kooijman
- B.J. van de Griend
- Rechtspraak.nl
Ontslag van ambtenaar wegens verstoorde arbeidsrelatie en onvoldoende herplaatsingsinspanningen
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 mei 2018 uitspraak gedaan in het hoger beroep van een ambtenaar tegen het ontslag door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. De ambtenaar, die sinds 1999 in dienst was, had gezondheidsklachten die zij toeschreef aan het klimaatbeheersingssysteem in het stadhuis. Ondanks herhaaldelijke aanpassingen aan haar werkplek en een mediationgesprek, leidde dit niet tot een oplossing. Het college verleende haar uiteindelijk ontslag op grond van een verstoorde arbeidsrelatie, waarbij het college stelde dat er geen vertrouwen meer was in herstel van de samenwerking. De ambtenaar was het niet eens met het ontslag en stelde dat er nog mogelijkheden waren voor een minnelijke oplossing en dat het college onvoldoende herplaatsingsinspanningen had verricht. De Raad oordeelde dat het ontslag terecht was, omdat de ambtenaar zelf een aanzienlijk deel van de situatie had veroorzaakt die tot het ontslag leidde. De Raad bevestigde dat het college uitvoerige inspanningen had verricht om tot een oplossing te komen, maar dat deze niet succesvol waren geweest. De Raad oordeelde ook dat de ambtenaar geen recht had op aanvullende vergoedingen, omdat het ontslag grotendeels aan haarzelf te wijten was. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.