ECLI:NL:CRVB:2018:1167
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Rectificatie van proceskosten in WIA-zaak
Op 19 april 2018 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak met nummer 14/633 WIA-R. Deze uitspraak betreft een rectificatie van een eerdere uitspraak van de Raad van 17 november 2017. In de eerdere uitspraak was een onjuist bedrag aan te vergoeden proceskosten vermeld. De Raad heeft vastgesteld dat er aanleiding was om het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) te veroordelen in de proceskosten van verzoeker. De proceskosten zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 2.524,20, bestaande uit vergoedingen voor verleende rechtshulp en reiskosten in zowel beroep als hoger beroep.
De procedure tot rectificatie is gestart na een brief van de gemachtigde van verzoeker, mr. R. Meulenberg-ten Hoor Brans, waarin de onjuistheid werd aangekaart. De Raad heeft partijen de gelegenheid gegeven om schriftelijk te reageren op de voorgestelde rectificatie. Na het indienen van reacties door het Uwv en de gemachtigde van verzoeker, heeft de Raad een gespecificeerde berekening van de proceskosten verstrekt. De gemachtigde van verzoeker heeft zich aangesloten bij de uiteindelijke berekening van de Raad.
In de rectificatie is ook een wijziging doorgevoerd in de naam van het ministerie, waarbij 'Ministerie van Veiligheid en Justitie' is gewijzigd in 'Ministerie van Justitie en Veiligheid'. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl. De uitspraak is gedaan door M.M. van der Kade, in tegenwoordigheid van griffier R.L. Rijnen, en is openbaar uitgesproken op 19 april 2018.