ECLI:NL:CRVB:2017:3946

• Datum uitspraak: 2 november 2017
• Publicatiedatum: 14 november 2017
• Zaaknummer: 17/226 AW-R
• Instantie: Centrale Raad van Beroep
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Bestuursrecht; Ambtenarenrecht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: K.J. Kraan; J.J.A. Kooijman; H. Lagas
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Rectificatie van een eerdere uitspraak inzake griffierecht door de Centrale Raad van Beroep

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 2 november 2017 een uitspraak gedaan tot rectificatie van een eerdere uitspraak van 7 september 2017. De rectificatie betreft een kennelijke fout in de griffierechtbepaling. De Raad heeft vastgesteld dat in de eerdere uitspraak ten onrechte is bepaald dat het college aan appellant een griffierecht van € 168,- vergoedt, terwijl dit bedrag € 250,- dient te zijn. De Raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op het voornemen tot rectificatie. Het college heeft geen bezwaar gemaakt, terwijl appellant geen reactie heeft gegeven. De Raad heeft vervolgens besloten om de uitspraak te verbeteren en de griffierechtbepaling te rectificeren. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl, en de oorspronkelijke uitspraak zal worden verwijderd. De beslissing tot rectificatie is gedaan door de meervoudige kamer van de Centrale Raad van Beroep, met K.J. Kraan als voorzitter en J.J.A. Kooijman en H. Lagas als leden. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 2 november 2017.

Uitspraak

17/226 AW-R, 17/1714 AW-R

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 7 september 2017, 17/226 AW en 17/1714 AW

Partijen:

[Appellant] te [woonplaats] (appellant)

het college van burgemeester en wethouders van Zeist (college)

PROCESVERLOOP

Naar aanleiding van een brief van appellant ontvangen op 12 september 2017, heeft de Raad vastgesteld dat zijn uitspraak van 7 september 2017 een kennelijke fout bevat voor zover het de griffierechtbepaling betreft.

De Raad heeft daarin aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over het voornemen van de Raad om de uitspraak te verbeteren.

Het college heeft bij brief van 25 oktober 2017 aangegeven geen bezwaar te hebben over het voornemen van de Raad. Appellant heeft geen reactie gegeven.

OVERWEGINGEN

De Raad heeft vastgesteld dat in de beslissing van de uitspraak ten onrechte is bepaald dat het college aan appellant het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht ten bedrage van

€ 168,- in plaats van ten bedrage van € 250,- vergoedt.

2. De Raad zal de onder 1 vermelde beslissing herstellen door de uitspraak van 7 september 2017 met het hiervoor vermelde bedrag te rectificeren.

3. Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl en de oorspronkelijke uitspraak zal daaruit worden verwijderd. Het ECLI-nummer van de gerectificeerde uitspraak zal gelijk zijn aan dat van de oorspronkelijke uitspraak.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 7 september 2017, 17/226 AW, 17/1714 AW, als volgt:

de griffierechtbepaling in de beslissing wordt gewijzigd in:

“- bepaalt dat het college aan appellant het in hoger beroep betaalde griffierecht van € 250,- vergoedt.”.

Deze uitspraak is gedaan door K.J. Kraan als voorzitter en J.J.A. Kooijman en H. Lagas als leden, in tegenwoordigheid van L.V. van Donk als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 2 november 2017.

(getekend) K.J. Kraan

(getekend) L.V. van Donk

HD