Uitspraak
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- bevestigt de aangevallen uitspraak;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 1 november 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De appellant had een verzoek om een dwangsom ingediend, omdat hij meende dat de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap niet tijdig had beslist op zijn bezwaar. De Raad oordeelde dat de ingebrekestelling van de appellant te laat was ingediend. De appellant had in 2014 bezwaar gemaakt tegen een bestuurlijke boete, maar had pas in juni 2016 de minister in gebreke gesteld. De Raad concludeerde dat het tijdsverloop tussen het verstrijken van de beslistermijn en de ingebrekestelling langer was dan een jaar, wat aanzienlijk langer was dan de gebruikelijke termijn van enkele weken. Er was geen bewijs dat de appellant na het verstrijken van de beslistermijn contact had opgenomen met de minister over het uitblijven van een beslissing. De Raad oordeelde dat er geen gegronde reden was voor de late indiening van de ingebrekestelling en bevestigde de eerdere uitspraak van de rechtbank, waarbij het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De proceskosten werden niet toegewezen.