ECLI:NL:CRVB:2017:3336
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- A. Stehouwer
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring bezwaar bijstandsbesluit
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland, waarin het bezwaar van appellant tegen besluiten van het college van burgemeester en wethouders van Alkmaar niet-ontvankelijk werd verklaard. Appellant ontving sinds 7 oktober 2010 bijstand, maar verbleef van oktober 2011 tot januari 2012 in het buitenland. Het college heeft de bijstand met terugwerkende kracht ingetrokken en kosten van bijstand teruggevorderd. Appellant heeft bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard omdat het niet binnen de wettelijk voorgeschreven termijn was ingediend. De rechtbank heeft het beroep tegen deze beslissing ongegrond verklaard.
In hoger beroep heeft appellant aangevoerd dat hij niet kon voorzien dat de besluiten aan hem zouden worden toegezonden en dat hij geen reden zag om maatregelen te treffen tijdens zijn verblijf in het buitenland. De Centrale Raad van Beroep heeft overwogen dat de bekendmaking van besluiten aan de betrokkene geschiedt door toezending naar het laatst bekende adres. Aangezien appellant het college niet op de hoogte heeft gesteld van zijn verblijf in het buitenland, is de bekendmaking op de juiste wijze geschied. De Raad heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van het bezwaar ruimschoots was verstreken op het moment dat appellant dit deed.
De Raad concludeert dat het hoger beroep niet slaagt en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Er is geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.