ECLI:NL:CRVB:2017:2876
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- W.F. Claessens
- Y.J. Klik
- J.T.H. Zimmerman
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake buiten behandeling laten aanvraag bijstandsverlening na faillissement
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 22 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft de aanvraag van betrokkene om bijstand ingevolge de Participatiewet, die door het college van burgemeester en wethouders van Eindhoven buiten behandeling was gesteld op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Betrokkene had zijn aanvraag ingediend na zijn faillissement en dat van zijn bedrijf, en was gevraagd om bankafschriften en een echtscheidingsconvenant te overleggen. De rechtbank had het beroep van betrokkene gegrond verklaard, maar de Centrale Raad van Beroep oordeelde dat de rechtbank ten onrechte had geoordeeld dat de bankafschriften niet nodig waren voor de beoordeling van de aanvraag. De Raad stelde vast dat de financiële situatie van betrokkene essentieel was voor de beoordeling van zijn bijstandsaanvraag, en dat het college terecht had gesteld dat de aanvraag buiten behandeling kon worden gelaten omdat betrokkene niet tijdig de gevraagde gegevens had overgelegd. De Raad vernietigde de uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep ongegrond.