ECLI:NL:CRVB:2017:2705
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring van bezwaarschrift wegens gebrek aan ondertekening en vaststelling identiteit
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 4 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. De zaak betreft de niet-ontvankelijkverklaring van een bezwaarschrift van betrokkene tegen besluiten van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de herziening van een WW-uitkering en de oplegging van een boete. Betrokkene had bezwaar gemaakt via een digitaal klachtenformulier, maar niet via het vereiste digitale bezwaarformulier met gebruik van DigiD, waardoor haar identiteit niet kon worden vastgesteld. De Raad oordeelde dat het Uwv in redelijkheid tot de conclusie kon komen dat het bezwaarschrift niet-ontvankelijk was, omdat betrokkene niet had voldaan aan de ondertekeningseis van artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en het verzuim niet binnen de gestelde termijn had hersteld. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van betrokkene ongegrond.