Uitspraak
8 februari 2017, 16/4582 (aangevallen uitspraak)
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van de Raad van bestuur van het Erasmus MC tegen een uitspraak van de rechtbank Rotterdam. De rechtbank had eerder geoordeeld dat de Raad van bestuur onvoldoende had onderbouwd dat de betrokkene, die sinds 2001 werkzaam is bij het Erasmus MC, wegens ziekte of gebrek ongeschikt was voor zijn functie. De betrokkene, die diabetes mellitus heeft, was sinds 2010 niet meer in staat om nachtdiensten te draaien en was in 2011 aangemerkt als mobiliteitskandidaat. In 2014 werd vastgesteld dat hij minder dan 35% arbeidsongeschikt was, wat leidde tot een herplaatsing in een andere functie. De rechtbank oordeelde dat de Raad van bestuur niet voldoende had aangetoond dat de betrokkene ongeschikt was voor zijn oorspronkelijke functie en dat de herplaatsing niet gerechtvaardigd was.
De Centrale Raad van Beroep bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de Raad van bestuur een nieuw besluit moest nemen, waarbij alle relevante medische informatie in acht genomen moest worden. De Raad benadrukte dat het aan de Raad van bestuur was om aan te tonen dat de betrokkene op de peildatum ongeschikt was voor zijn functie en dat hij de door de betrokkene ingebrachte medische informatie moest weerleggen. De Raad oordeelde verder dat de Raad van bestuur in de proceskosten van de betrokkene moest worden veroordeeld, en dat beroep tegen het nieuwe besluit slechts bij de Raad kon worden ingesteld.