ECLI:NL:CRVB:2017:2006
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Buiten behandeling gestelde aanvraag bijzondere bijstand voor kosten rechtsbijstand
Op 6 juni 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in de zaak van een appellant die bijzondere bijstand voor de kosten van rechtshulp had aangevraagd op basis van de Participatiewet. De aanvraag werd door het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam buiten behandeling gesteld omdat de appellant niet tijdig de vereiste nota van de advocaat had ingeleverd. De rechtbank Amsterdam had eerder het beroep van de appellant tegen dit besluit ongegrond verklaard. In hoger beroep voerde de appellant aan dat de nota niet noodzakelijk was voor de beoordeling van de aanvraag, maar de Raad oordeelde dat de nota essentieel was om te bepalen of de kosten daadwerkelijk door de advocaat in rekening werden gebracht. De Raad bevestigde dat het college bevoegd was om de aanvraag buiten behandeling te stellen op grond van artikel 4:5, eerste lid, aanhef en onder c, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Raad oordeelde dat er geen aanleiding was om te concluderen dat het college niet in redelijkheid van zijn bevoegdheid gebruik had gemaakt. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd en er werd geen veroordeling in proceskosten uitgesproken.